Zo rijd je veilig in het donker

• Controleer of alle lichten van je wagen werken. 
• Zorg dat je voor- en achterruiten proper zijn om de zichtbaarheid niet te hinderen. 
• Houd je ruitenwissers in het oog. Als ze beginnen te piepen of vuile strepen trekken, zorg je beter voor vervanging. Controleer ook of je je ruitenwisservloeistof niet moet bijvullen.
• Check regelmatig je ventilatiesysteem om te vermijden dat je autoruiten aandampen. Ook een aanrader: een zeemvel in de auto om eventuele condens te verwijderen.

• Houd extra afstand zodat je tijd genoeg hebt om te reageren op onverwachte situaties.
• Focus op je weghelft en kijk niet in de koplampen van de tegenligger.
• Pas eventueel de stand van je achteruitkijkspiegel aan als je  verblind wordt door achterliggers.
• Ban alles dat je uit je concentratie kan brengen. Vermijd leeslampjes in de auto, luide muziek, grote discussies enz. Je zet je gsm ook beter op stil.

• Zorg dat je voldoende uitgerust bent. Als je vermoeid bent, heb je meer kans op een ongeval, zeker ’s nachts. Merk je dat je moe wordt? Stop dan even om een frisse neus te halen of doe een powernap.
• Stippel de route vooraf uit en kies een rustige weg als dat kan.
• Gebruik een nachtbril als je last hebt van verblinding in het donker of bij hevig regenweer. De gele glazen van zo’n bril zorgen dat je ogen minder snel vermoeid raken.

Gepubliceerd op 23/01/2019